Welke kansen biedt consumentenelektronica in de zorg? Kunnen mensen die afhankelijk zijn van langdurende zorg profiteren van de voordelen van gemakkelijk verkrijgbare elektronische hulpmiddelen? Hoe kijken cliënten en hun zorgverleners daar tegenaan en wat komen cliënten tegen bij het eerste gebruik? Vilans zoekt het uit samen met zorgorganisaties en cliënten.
D. Boshuizen, R. Houtenbos, N. Nijhof, S. Suijkerbuijk, S. van der Weegen
De tijd dat je voor elektronische zorghulpmiddelen afhankelijk was van de inzichten van de zorgverlener of van het inkoopbeleid van de thuiszorgwinkel is voorbij. Je hoeft de Gamma of de Mediamarkt maar binnen te lopen en je wordt overspoeld met apparaten die het leven van thuiswonende ouderen en mensen met een beperking (en hun mantelzorgers) kunnen vergemakkelijken en veiliger maken.
Denk bijvoorbeeld aan een camera die bewegingen registreert, een robotstofzuiger, rookmelders of een draadloze bediening voor de verlichting. Ook het aanbod van gezondheidsapps groeit per dag. En dan hebben we het nog niet over alle innovatieve mogelijkheden die je via internet kunt vinden. Via platforms als If This Then That (IFTTT.com) en Zapier.com kun je met een paar muisklikken of swipes koppelingen tot stand brengen en acties aanmaken. Zo regel je bijvoorbeeld dat de verlichting aangaat als je moeder thuiskomt en dat jij daar een app over krijgt.
Eerste inventarisatie
Met de opkomst van al die apparaatjes en mogelijkheden rijzen ook de vragen. Wat vinden cliënten er zelf van? En hun mantelzorgers? Waarom kiezen ze er wel of juist niet voor? Wat zijn hun reacties bij het zien van al die nieuwe mogelijkheden? Wat vinden zorgverleners ervan? Wat betekent het voor hun werk? Vilans zoekt het uit, samen met vier zorgorganisaties: Talmahaven uit Urk, ZuidZorg uit Veldhoven, Rivas Zorggroep uit Gorinchem en TSN uit Groningen.
We kijken vooral naar de kansen en knelpunten van consumentenelektronica voor de oudere cliënt (thuiswonend, in een aanleunwoning of in een zorginstelling), zijn mantelzorgers en zijn zorgverleners. We maken een eerste overzicht van consumentenelektronica die bruikbaar kan zijn voor de zorg. Het onderzoek loopt tot eind 2015 en de eerste resultaten worden in dit artikel beschreven.
“We moeten niet alleen techneuten aannemen. Het zijn zorgmedewerkers die ‘aandacht’ kunnen geven. Techniek vervangt dat niet” , aldus een coördinerend verpleegkundige
Onze aanpak bestond uit drie stappen:
• gesprekken met senioren in een buurthuis;
• gesprekken met verzorgenden, beleidsmedewerkers en managers van zeven zorgorganisaties;
• vier bijeenkomsten met cliënten of mantelzorgers en zorgverleners van de vier deelnemende organisaties: de zogenoemde ‘werklabs’.
Hoe denken senioren?
We voerden de gesprekken met senioren aan de hand van zes thema’s: vrijheid, veiligheid, mobiliteit, communicatie, gezondheid en leuke dingen doen. Bijna alle senioren vinden gezondheid het belangrijkste. Voor vrijheid en veiligheid denken ze geen hulpmiddelen nodig te hebben. Maar als ze er dieper over nadenken, komen ze met oplossingen om ‘niet overvallen te worden in huis’, bijvoorbeeld door een camera bij de deur. Vooral mensen die samenwonen met hun partner zien geen directe noodzaak om technische hulpmiddelen aan te schaffen.
“Tegen de tijd dat ik het nodig heb is het alweer verouderd”, aldus een oudere
Wat vinden zorgverleners?
Zorgverleners geven aan dat consumentenelektronica een actueel en herkenbaar onderwerp is, maar vinden het moeilijk in te schatten in hoeverre het een rol speelt in het zorgproces. Er lijkt een lastige tweestrijd te heersen. De cliënt moet meer zelfregie en meer vrijheid krijgen en wil dat vaak zelf ook. Consumentenelektronica of consumenten-eHealth kan daar een belangrijke stimulerende rol in spelen.
Zo bieden thuismetingen veel logistieke voordelen en vergroten ze de efficiency. Voor zorgverleners is WhatsApp een aantrekkelijke en laagdrempelige manier om informatie over een cliënt uit te wisselen, bijvoorbeeld over medicatie of wondzorg. Maar voor de organisatie is het gebruik van consumenten-eHealth ook een uitdaging.
Wat als iedereen automatisch zijn eigen gadgets en apps gaat gebruiken? Wat wordt dan de rol van de medewerker? Hoe gaat hij om met zo’n grote hoeveelheid informatie? Moet hij overal op reageren? Heeft hij een adviserende rol? Ook vragen over privacy en wet- en regelgeving komen vaak naar boven.
“Hoe zorg je ervoor dat je bij gebruik van consument-eHealth nog steeds aan de regels voldoet?” vraagt een zorgmanager zich af
‘Veiligheid, met proven technology, kost veel geld. Een babyfoon is goedkoper. Dat is niet per se slechter en biedt ook veiligheid. Maar daarvoor is wel een mindshift nodig.’
Medewerker innovatiewerkplaats ZuidZorg
Aan de slag in werklabs
Op basis van de gesprekken met de zorgverleners hebben we gezocht naar technologie die het leven van cliënten en/of zorgverleners makkelijker of comfortabeler kan maken. De oplossingen die we vonden, testen we nu bij de deelnemende organisaties. Iedere organisatie heeft twee onderwerpen gekozen op basis van hun eigen behoefte, bijvoorbeeld zelfmetingen, medicatieveiligheid, vermaak of dwalen.
Vervolgens hebben we ‘tech-boxen’ samengesteld: dozen met elk drie technische apparaten die een oplossing bieden binnen het gekozen onderwerp in drie gradaties: lowtech, midtech en hightech. Alle apparaten zijn te verkrijgen op de consumentenmarkt. We gebruikten bijvoorbeeld een robothond, een babyfoon met camera, een tablet met spelletjes, een medicijnapp op de smartphone en een Scanadu Scout: een apparaatje dat je op je voorhoofd plaatst en dat op je mobiel binnen enkele seconden je bloeddruk, temperatuur en hartslag weergeeft.
Na een inventarisatie van technische kennis en factoren die normaliter de aanschaf van techniek beïnvloeden voor de cliënten, mantelzorgers en zorgverleners worden de boxen geopend. De cliënten/mantelzorgers en zorgverleners bekijken en onderzoeken de techniek in de dozen en raden waarvoor het bedoeld is. Na een uitleg over het doel, werking en de aanschafprijs laten we de deelnemers kiezen welk apparaat ze een aantal weken willen testen.
Eerste bevindingen
Veel cliënten, mantelzorgers en zorgverleners vinden dat zij rond de 6 scoren (schaal van 1-10) op hun technische kennis. Meerdere mensen geven aan, ‘ik kan wel een nieuwe radio bedienen’ of ‘vroeger haalde ik mijn motor helemaal uit elkaar’, ‘maar van de laatste ontwikkelingen weet ik weinig af’. Voor cliënten en hun mantelzorgers is het soms lastig te overzien welke technische oplossingen passen in hun leven.
Cliënten maken (nog) weinig gebruik van consumentenelektronica. Sommigen hebben een tablet, maar dat is een minderheid. Jongere mantelzorgers hebben vaak een smartphone, bij cliënten komt dat niet voor. Ze moeten ermee in aanraking komen om de voor- en nadelen te ervaren. Ook vragen ze zich af wat ze met de data van de zelfmetingen moeten doen en of het niet voor meer onrust zorgt.
Toch kan het meten van de eigen waardes ook zorgen voor meer bewustwording en eigen regie. Net als bij andere eHealth-toepassingen, moet ook consumenten-eHealth of -elektronica aansluiten bij de behoefte en het niveau van de cliënt. Vooral cliënten in woonvoorzieningen vinden veel van de meegebrachte technologie nog ‘te moeilijk’. Daarnaast moeten de oplossingen gebruiksvriendelijk en solide zijn. Andere barrières voor het gebruik van consumentenelektronica: in de woning is vaak geen internetverbinding, veel elektronica werkt met een app op een smartphone – ouderen werken daar liever niet mee – en voor mensen met dementie zijn veel elektronische toepassingen niet geschikt. Hun cognitieve niveau maakt het extra lastig nieuwe dingen aan te leren en te accepteren.
‘Ik heb de alarmen ingesteld, maar toen ze afgingen wist ze niet hoe ze de piep moest stoppen. Ze werd er gek van en heeft de medicijndoos na drie dagen alweer ingeleverd.’
Zorgverlener
Reflectie
De bekendheid en het gebruik van consumentenelektronica in de langdurende zorg is nog beperkt. Toch is het belangrijk dat zorgorganisaties er wel over nadenken. Omdat het goedkope(re) oplossingen kan bieden voor bepaalde problemen, maar ook om de zorgverleners voor te bereiden op de komst van meer consumentenelektronica en de vragen daarover van cliënten en mantelzorgers.
Scholing voor zorgverleners is noodzakelijk, iets waar Vilans zich in 2016 op zal richten. Ook mantelzorgers zouden meer inzicht moeten krijgen in hulpmiddelen die hen kunnen ondersteunen. Zorgorganisaties moeten een visie ontwikkelen op het gebruik van consumenten-eHealth en -elektronica. Deze visie moet bijdragen aan de mindshift die nodig is om organisaties ‘toekomstbestendig’ te maken. Met ‘o, daar weet ik niets van’, kom je er niet meer. Er komen straks vanzelf cliënten die het willen gebruiken. Bovendien kan het in de wereld van bezuinigingen een zeer welkome aanvulling zijn op de zorg.
Als de werklabs en de interviews met cliënten, mantelzorgers en zorgverleners zijn afgerond, maken we de resultaten bekend en geven we een overzicht van bruikbare consumentenelektronica. In 2016 gaan we door met dit project. We gaan zorgorganisaties helpen hun visie te ontwikkelen en naast consumentenelektronica ook de opkomst van tech-start ups in de zorg onderzoeken. Wilt u meer informatie of meedoen met dit project, neem dan contact op met projectleider Nienke Nijhof, n.nijhof@vilans.nl.
Definitie
De Raad voor de Volksgezondheid en Zorg (RVZ) hanteert als definitie voor consumenten-eHealth: ‘direct op de markt zonder tussenkomst van zorgverleners aan de consument aangeboden informatie- en communicatietechnologie, die beoogt de gezondheid van gebruikers te ondersteunen of te verbeteren’. Consumentenelektronica is breder. Het omvat alle technologische producten die direct verkrijgbaar zijn. Ook de producten die niet specifiek bedoeld zijn om de gezondheid van mensen te ondersteunen of verbeteren, maar die daar wel geschikt voor zijn.
Wat is bekend?
Je wordt overspoeld met apparaten die het leven van thuiswonende ouderen en mensen met een beperking (en hun mantelzorgers) kunnen vergemakkelijken en veiliger maken. Toch wordt deze consumentenelektronica nog slechts mondjesmaat ingezet in de zorg.
Wat is nieuw?
Vilans heeft een inventarisatie gedaan naar het gebruik van consumentenelektronica in de langdurende zorg. Wat vinden cliënten en mantelzorgers ervan? Waarom kiezen cliënten er wel of niet voor? Wat zijn de reacties bij het zien van nieuwe mogelijkheden? Wat vinden zorgverleners ervan? Wat betekent het voor hun werk? Samen met vier zorgorganisaties zoeken we dat uit: Talmahaven uit Urk, ZuidZorg uit Veldhoven, Rivas Zorggroep uit Gorinchem en TSN uit Groningen.
Wat kun je ermee?
Consumentenelektronica zijn de toekomst van de zorg. Toch hebben zorgorganisaties en zorgverleners nog een slag te slaan op het gebied van de mogelijkheden. In dit artikel schetsen we een beeld van de kansen en knelpunten van het gebruik van consumentenelektronica in de zorg.
Auteursinformatie
Doortje Boshuizen is senior adviseur eHealth & persoonsgerichte zorg, Vilans; Robert Houtenbos is onafhankelijk adviseur digitale zorg; ir. Sandra Suijkerbuijk is onderzoeker eHealth & innovatie, Vilans; dr. Sanne van der Weegen is onderzoeker eHealth & innovatie, Vilans; dr. Nienke Nijhof is senior adviseur/onderzoeker eHealth & innovatie, Vilans.
Geef een reactie